Wandelen

Hoe wandel je? (door de Bijbel heen)

Wandelen is volgens gezondheidsboekjes en websites een gezonde aangelegenheid die goed is voor ons hart, bloedvaten, bloeddruk, cholesterol, botten en spieren. Je wandelt alleen of samen, misschien met een stappenteller of met een hond. In ieder geval door onze benen te bewegen waardoor we ons lichaam kunnen verplaatsen.

Zelf kan ik enorm genieten van een wandeling. Daarna heb ik meestal nieuwe energie om aan het werk te kunnen gaan.

Levenswandeling

Bij wandelen wordt vaak ook een link gelegd met onze levenswandeling: hoe ziet die eruit? We verplaatsen ons door het leven: van baby tot opgroeiend kind, puber, jongere, volwassene en oudere. Op die levensweg gebeurt er van alles: we zien, ontdekken, bouwen en verbreken relaties. Er zijn fijne en minder leuke gebeurtenissen.

Ook in de tijd van de Bijbel lezen we over wandelingen van het leven. Zo wordt benoemd dat Henoch en Noach met  God wandelen: Genesis 5: 22 en 24, 6:9. In Leviticus 18:3 wordt het volk gewaarschuwd om niet te wandelen naar de gebruiken van Egypte (waar ze gewoond hadden) en ook niet naar de gewoonten van Kanaän (waar ze naartoe gaan). Van Josia lezen we dat hij wandelde in de weg van zijn vader David: 2 Koningen 22:2. Blijkbaar zijn er verschillende manieren om te wandelen op onze levensweg en kunnen we daarbij eigen keuzes maken.

Het verhaal: wandelen met verwachting

Kort na de start van onze jaartelling zijn er twee mensen letterlijk aan het wandelen: ze verplaatsen zich van de ene naar de andere plaats. Tijdens die wandeling zijn ze in gesprek. Het is echter niet zomaar een gesprek: het Griekse woord ‘su-zêtein’ wat gebruikt wordt in het verhaal lijkt te wijzen op een discussie. Als we deze mensen naderen merken we dat er iets heftigs is gebeurd waarover zij van gedachten wisselen. Ze hadden verwachtingen die door een ingrijpende gebeurtenis de bodem is ingeslagen. Herkenbaar?

Wandelen met verwachting: u, jij en ik

Ieder mens heeft verwachtingen op zijn of haar levenswandel: een moeder die uitkijkt naar de geboorte van haar kind, het kind wat graag wil leren lezen, de jongen of het meisje wat uitkijkt naar zijn of haar geliefde, de nieuwe werkplek, een geslaagde operatie, een maaltijd na een dag werken, hulp bij een ongeluk, redding bij gevangenschap, etc. Hoopvolle verwachtingen kunnen werkelijkheid worden, maar ook anders uitpakken en leiden tot teleurstellingen en onbegrip.

Waar is uw hart vol van? Welke verwachting heeft u?

En als de verwachting anders uitpakt? Hoe gaat u om met die teleurstelling?

Terug naar het verhaal

De twee mensen gebruiken de wandeling om hun teleurstelling te uiten. Ze zijn mogelijk zo heftig in gesprek dat ze niet opmerken dat er iemand naast hen is komt lopen. De gestelde vraag klinkt als: ‘Waar hebben jullie het over?’ Eén van de wandelaars reageert verwijtend in de trant van: ‘Bent u de enige die niet weet wat er is gebeurd?’

Natuurlijk weet de vreemdeling het, net als ieder ander die in de stad geweest is. Toch reageert Hij niet op de opmerking. In tegenstelling hierop stelt Hij weer een vraag: ‘Wat dan?’

Waarom doet Hij dat denkt u? Waarom praat Hij niet gewoon met hen mee?

Waarom de vraag?

De vraag die in het verhaal gesteld wordt heeft alles te maken met de vraag die bovenaan deze meditatie vermeld staat. De wandelaars in het verhaal zijn vol van de gebeurtenissen en hun teleurgestelde verwachtingen. Ze zijn er zo vol van dat ze er samen niet uit lijken te komen.

Maar dan komt er iemand naast hen lopen: Hij stelt hen een vraag. Ondanks de negatieve reactie stelt hij weer een vraag. Daar reageren de wandelaars op: ze brengen de gebeurtenissen en de gevoelens daarbij onder woorden.

Uit hun verhaal blijkt hun gebrek aan inzicht: ze hadden alleen rekening gehouden met het politiek-nationale aspect. Nu ontstaat er ruimte om tot nieuwe inzichten te komen. Pas nu heeft het zin om de gebeurtenissen uit te leggen: geen falen, maar een bewijs van het Messiasschap van Jezus. Lees het verhaal maar na in Lucas 24:13-35.

Hoe wandel je?

Misschien wandel je alleen. Misschien wandel je samen. Maar altijd zijn er gebeurtenissen waar je van onder de indruk bent of komt.  De mensen uit het verhaal worden uitgenodigd om te vertellen waar ze vol van zijn. Maakt u/jij tijd vrij om uw/jouw verhaal te vertellen? Wie mag daarbij meewandelen?

En of je er nu wel of niet uitkomt samen of alleen: besef dat Jezus naast je loopt en met je meegaat: ook als je het niet merkt! Vertel je Hem je verhaal? Mag Hij helpen om tot nieuwe inzichten te komen? Betrek je Gods’ Woord erbij? Hoe past je verhaal in het grote verhaal van God?

Daarnaast wil God je gebruiken om ook anderen te helpen om ontdekkingen te doen. Neem de tijd om met hen te wandelen, stel uitnodigende vragen en toon interesse in het verhaal van je naaste.

Gebed

Heer,  help ons om samen met U te wandelen. Maak ons opmerkzaam op wandelaars om ons heen: zo dat we met elkaar kunnen wandelen en daardoor vooruit kunnen.

(Eerder opgenomen in het Huizer Kerkblad, 85e jaargang, 21 april 2017, No 16)